Aktuelles
Nieuwe wet voor de redding van ondernemingen in moeilijkheden
Nieuwe wet voor de redding van ondernemingen in moeilijkheden
I. Nieuwe wetgeving continuïteit van ondernemingen
De Wet van 31 januari 2009 ("Wet betreffende de continuïteit van de ondernemingen") alsook de Wet van 26 januari 2009 ("Wet houdende wijziging van het Gerechtelijk Wetboek met betrekking tot de continuïteit der ondernemingen") voorzien een nieuwe procedure betreffende de redding van ondernemingen in moeilijkheden.
De nieuwe wetten zijn in werking getreden op 01.04.2009 conform twee Koninklijk besluiten van 27 maart 2009.
1. De wetgever heeft middels deze twee nieuwe wetten meer juridische mogelijkheden en daarmee verschillende effectieve "tools" aan de ondernemingen aangereikt, om hun problemen te kunnen aanpakken met de bedoeling en er terug bovenop te kunnen komen.
Bijgevolg blijven de mogelijkheden voor een onderneming in moeilijkheden niet langer beperkt tot een keuze tussen het gerechtelijk akkoord of een faillissement.
Zo voorziet de nieuwe wet in zeer vrije oplossingen zoals de mogelijkheid om een ondernemingsbemiddelaar aan te stellen of de toepassing van het buitengerechtelijk minnelijk akkoord. (II)
Daarnaast zijn er echter ook systemen die van meer dwingende aard zijn, zo blijft een gerechtelijke procedure eveneens tot de mogelijkheden behoren. (III)
II. Ondernemingsbemiddelaar en minnelijk akkoord
2. De ondernemingsbemiddelaar fungeert als een tussenpersoon tussen de schuldeisers en de schuldenaar.
De aanduiding van een bemiddelaar is eenvoudig. Er zijn geen vormvereisten en een verzoek kan zelfs mondeling aan de Voorzitter van de Rechtbank van Koophandel of de kamer voor handelsonderzoek worden gericht.
3. Het minnelijk akkoord houdt in dat de onderneming buiten elke gerechtelijke procedure om, met twee of meerdere van haar schuldeisers een akkoord kan sluiten zonder dat de andere schuldeisers daarbij betrokken worden.
III. Gerechtelijke reorganisatie
4. Het gerechtelijk akkoord wordt door de voornoemde wetten volledig vervangen door een procedure van gerechtelijke reorganisatie.
Het doel van deze procedure is de continuïteit van een onderneming in moeilijkheden, onder toezicht van een rechter, te behouden of een deel van haar activiteiten te vrijwaren.
i. Voorwaarden
5. In vergelijking met het gerechtelijk akkoord zijn de voorwaarden voor het verkrijgen van een gerechtelijke organisatie versoepeld.
De nieuwe procedure kan opgestart worden vanaf het moment dat de continuïteit van de onderneming bedreigd is.
Door de wet werd een vermoeden ingesteld, inhoudende dat de continuïteit van een onderneming in ieder geval bedreigd is wanneer het netto-actief minder bedraagt dan de helft van het maatschappelijk kapitaal.
ii. Procedure
6. De gerechtelijke organisatie kan worden verkregen door het richten van een verzoekschrift aan de Voorzitter van de rechtbank van Koophandel.
Daarbij dienen tevens alle documenten te worden gevoegd die een inzicht in de financiële toestand van de onderneming kunnen verschaffen.
7. De rechter zal daaropvolgend een "gedelegeerde rechter" aanstellen, welke een verslag zal uitbrengen over de ontvankelijkheid en de gegrondheid van de gerechtelijke organisatie.
8. Het verzoek dient binnen 10 dagen behandeld te worden en daarop wordt binnen acht dagen beslist.
iii. Opschorting
9. Vanaf het moment dat de rechter beslist om de procedure toe te staan is opschorting mogelijk.
De onderneming in moeilijkheden beschikt vanaf 01.04.2009 over drie mogelijkheden om opschorting te verkrijgen:
- een minnelijk akkoord waarbij een overeenkomst wordt gesloten tussen de schuldenaar (de onderneming in moeilijkheden) en twee of meer van zijn schuldeisers;
- een collectief akkoord, zijnde een door de schuldeisers goedgekeurd reorganisatieplan;
- de overdracht van het geheel of een deel van de onderneming of haar activiteiten (vrijwillig of gedwongen).
10. De opschorting is in principe beperkt tot zes maanden, maar de rechter beslist hoelang de opschorting effectief zal duren. Een verlenging is mogelijk.